Chronische hyperventilatie

versnelde ademhaling bij chronische hyperventilatie
versnelde ademhaling bij
chronische hyperventilatie

Chronische hyperventilatie is een situatie waarbij het ademcentrum in de hersenen gewend is geraakt aan een te lage zuurgraad in het bloed. Omdat het ademcentrum de ademhalingsfrequentie regelt op basis van die zuurgraad (zie hiervoor de uitgebreide uitleg over de werking van het ademcentrum), is de ademfrequentie bij mensen die chronisch hyperventileren net even te hoog. Ze halen elke minuut een paar keer meer adem dan eigenlijk nodig is. 

Hoe ontstaat chronische hyperventilatie?

We hadden in het hoofdstuk over de acute hyperventilatie al gezien dat hyperventileren een normale lichaamsfunctie is. Hoe kan het dan dat bij  veel mensen het ademcentrum gewend is geraakt aan een lage zuurgraad? En dat die mensen daardoor chronisch hyperventileren? Deze situatie ontstaat omdat ons ademcentrum adaptief is. Dat wil zeggen dat ons ademcentrum zich kan her-instellen op een andere zuurgraad.

Dat is duidelijk te zien bij bijvoorbeeld parelvissers die – door continue onder water te zwemmen – steeds langer hun adem kunnen inhouden. Hun ademcentrum is ingesteld op een hogere zuurgraad dan normaal, waardoor de ademprikkel om in te ademen veel later komt. 

Ons ademcentrum kan zich dus instellen op zowel een lagere als op een hogere zuurgraad. Bij chronisch hyperventilerende mensen heeft het ademcentrum zich ingesteld op een te lage zuurgraad. 

Waardoor stelt het ademcentrum zich dan opnieuw in?

Bij bijvoorbeeld aanhoudende stress of spanning is er een continue verhoogd adrenaline niveau in het bloed. Hierdoor gaan mensen dus ongemerkt hyperventileren. In de eerste paar maanden is dat niet erg. De CO2 buffers in het bloed (HCO3 ionen) vangen deze lichte hyperventilatie op. Maar in de loop der maanden worden deze buffers langzamerhand opgebruikt. De zuurgraad in het bloed daalt daardoor. En het ademcentrum begint te wennen aan de lagere zuurgraad. Als u meer wilt weten over de oorzaken van chronische hyperventilatie, leest u dan ons artikel over oorzaken van hyperventilatie.

Wat gebeurt er in het lichaam?

invloed van chronische hyperventilatie op de lichaamsprocessen
invloed van chronische hyperventilatie op de lichaamsprocessen

Als de zuurgraad in het bloed te laag wordt, noemen we dat ook wel een alkalose. Het bloed wordt dan alkalisch (= tegengestelde van zuur). In deze toestand zijn 2 specifieke effecten merkbaar:

  1. Bloedvat vernauwing. De bloedvaten knijpen dicht. Dat komt omdat de zuurgraad de bloedvatwijdte in het lichaam regelt. Hierdoor kan er kan een daling van de bloedvoorziening in de hersenen en andere organen van wel 30 tot 40% optreden. Dit leidt tot een zuurstoftekorten in bijvoorbeeld de hersenen. Daardoor treedt dan weer een vermindering van functies op. Voorbeelden hiervan zijn wazig zien, alles van veraf horen, concentratiestoornissen, niet meer kunnen denken en een gevoel van dreigend bewustzijnsverlies.
  2. Verminderde zuurstofuitwisseling. Omdat het milieu van de cellen alkalisch wordt, kunnen de rode bloedlichaampjes hun zuurstof niet meer goed afgeven aan de cellen en weefsels van het lichaam. De rode bloedcellen hebben daarvoor namelijk een zure omgeving nodig. Het gevolg hiervan is een extreem vermoeidheidsgevoel. De spieren gaan dan proberen om het verlies van kooldioxide te compenseren. Ze doen dit dan door melkzuur af te zetten. En dat leidt dan weer tot spierpijnen en -krampen, trillende spiertjes en hartoverslagen. Het is ook vaak de oorzaak van het bekende symptoom ‘pijn in de borst’ bij hyperventilatie.

Het alkalisch geworden bloed gaat door deze twee reacties van het lichaam een groot aantal symptomen en klachten veroorzaken.

Chronische hyperventilatie genezen

Omdat het ademcentrum adaptief is, ligt daar ook de oplossing van het chronische hyperventilatie probleem. We kunnen ons ademcentrum weer leren om een hogere zuurgraad in het bloed te accepteren. De Nederlandse neuroloog Drs. Snitslaar – die als jongeling op de Nederlandse Antillen heeft gewoond – had door zijn ervaringen met het onder water zwemmen en zijn latere studies over het ademhalingscentrum in de hersenen, het verband weten te leggen tussen het voor kooldioxide overgevoelige ademcentrum en de chronische hyperventilatie.

Drs. Snitslaar  begreep als eerste dat het mogelijk moest zijn om het chronische hyperventilatie syndroom op relatief eenvoudig wijze te genezen. Voor meer uitleg over het genezen van het chronische hyperventilatie syndroom, zie de artikelen over hyperventilatie genezen en de HyperVen therapie.